Jaarlijks ontvangt Zaanstad volgens een bepaald verdeelstelsel een uitkering uit het Gemeentefonds. De uitkering is bestemd voor de bekostiging van autonome taken van de gemeente. Het verdeelstelsel is opgenomen in de Financiële verhoudingswet. In de verdeling wordt rekening gehouden met onderlinge verschillen in kosten waarmee de gemeenten te maken hebben en met de draagkracht van de gemeenten (de belastingcapaciteit). De omvang van het gemeentefonds is gekoppeld aan de ontwikkeling van de rijksuitgaven. Karakteristiek voor de algemene uitkering is dat elke gemeente vrij is in de besteding van het geld. |
---|
Er is nog steeds discussie over de grootte van het macrobudget (landelijk bedrag van het gemeentefonds). Als gevolg van het tekort in de jeugdzorg is een onderzoek uitgevoerd naar de hoogte hiervan. Omdat de VNG en het ministerie van BZK het niet eens worden over de hoogte van de extra middelen is een arbitragecommissie van wijzen ingesteld (commissie Sint). Deze commissie heeft een zwaarwegend advies over de toe te kennen extra middelen uitgebracht. Het (demissionaire) kabinet heeft dit advies gevolgd en voor het jaar 2022 extra middelen toegekend. Over de jaren daarna gaat het nieuwe kabinet. Behalve de tekorten op de jeugd speelt ook nog de discussie over de opschalingskorting. Deze korting is door het ministerie opgevoerd omdat gemeenten efficiënter zouden kunnen werken door het samenvoegen van gemeenten. In de praktijk vindt deze samenvoeging nauwelijks plaats. Een ander aspect is de verdeling van het macrobudget. Hiervoor wordt een nieuw verdeelmodel opgesteld door het ministerie. Op dit moment ligt het nieuwe model voor advies bij de Raad voor openbaar bestuur (ROB). De verwachting is dat de raad in september met een uitspraak komt. Het hangt van de uitspraak af, of ze de gemeentes nog vragen wat ze ervan vinden. Afhankelijk van deze uitspraak worden de gemeenten (via de VNG) geconsulteerd. De verwachting is dat het niuewe verdeelmodel vanaf 2023 wordt ingevoerd. De meicirculaire laat door lagere meerjarige accressen een nadeel zien ten opzichte van de eerdere circulaires. Dit is verwerkt in de begroting. |
---|